Woensdag 9 april vond het Social Enterprise Overheidscongres plaats. Thijs de Lange liep de hele dag rond en liet zich inspireren. De conclusie: sociale ondernemingen hebben de sleutel tot een volledig inclusieve samenleving in handen, maar dan moet de overheid dat wel zien.

Terugblik Social Enterprise Overheidscongres 2025

Deel deze pagina:

Zichtbaar werken aan medemenselijkheid

Woensdag 9 april vond het Social Enterprise Overheidscongres plaats. Thijs de Lange liep de hele dag rond en liet zich inspireren. De conclusie: sociale ondernemingen hebben de sleutel tot een volledig inclusieve samenleving in handen, maar dan moet de overheid dat wel zien.

Ik, Thijs, heb een milde vorm van cerebrale parese. Bij mijn geboorte wilde ik niet direct zelfstandig ademhalen, waardoor een deel van mijn hersenen is beschadigd. Daardoor ben ik motorisch minder sterk. Over het algemeen red ik me wel, maar soms heb ik een beetje hulp nodig. Vooral als het de fijne motoriek betreft: een flesje openmaken, een kaartje in een gleufje steken, vlees snijden, dat werk. Het is altijd spannend of de ander bereid is om te helpen. Het gebeurt weleens dat dat niet het geval is. Krijg ik in een restaurant te horen ‘dat we dat niet doen’, vlees snijden. Op zo’n moment wordt er een norm gesteld waar ik buiten val, en waar ik onmogelijk aan kan voldoen.

Ik merk het ook als ik bij de wmo aanklop: ambtenaren die geen verantwoordelijkheid durven te nemen. Die de gebaande paden niet durven te verlaten om samen te zoeken naar de beste oplossing. Op zo’n moment is het fijn op een congres rond te lopen waar ondernemers en ambtenaren wél proberen die oplossingen te zoeken. Dat geeft de burger moed.

Zuid Europa
Ik heb het idee dat met name Nederland goed is in het stellen van die norm. Als ik in Zuid-Europa op vakantie ga, heb ik er veel minder last van. Daar lijkt het vanzelfsprekender dat je elkaar helpt. Dat zijn ook meer gemeenschapsculturen, men lijkt zich er meer verantwoordelijk te voelen voor elkaar. Men gaat er ook veel praktischer met dat soort vragen om; er is iemand die een probleem ervaart, dat probleem moeten we even oplossen, en dan kunnen we weer door. Er wordt niet eens stilgestaan bij het idee dat zo’n vraag zou afwijken van een norm. Sterker nog: de norm is dat je ervoor zorgt dat iedereen mee kan doen, ook als het systeem het laat afweten.

Verkeerde lijstjes
Dat niet lullen, maar poetsen, dat heeft Rotterdam ook. Rotterdam moet wel, het is een stad die hoog scoort in de verkeerde lijstjes. Het verbaast me dan ook niet dat deze stad een voorbeeld is in sociaal ondernemerschap. Hier gebruikt men de ruimte die wet- en regelgeving biedt om sociale ondernemingen de kans te geven om hiaten in het systeem op te lossen. Hier wordt medemenselijkheid geëerd, gewoon omdat je samen de stad maakt en het ook met elkaar moet oplossen. En dan ontstaan er mooie dingen.

Gefrustreerd
Denk aan CurrentWerkt. Deze onderneming is opgezet door Hilal Makhoukhi. Na 2,5 jaar in detentie te hebben gezeten, was hij een gefrustreerd man. Maar in plaats van een raddraaier te worden, besloot hij een sociale onderneming op te richten die ex-gedetineerden, maar bijvoorbeeld ook herintreders en statushouders, aan werk helpt. Binnen de veilige muren die hij gecreëerd heeft, kunnen ze coaching krijgen en certificaten halen, waarna ze interessant worden voor opdrachtgevers. Door detachering wordt de opdrachtgever ontzorgd, maar kan de kandidaat wél werkervaring opdoen. Hilal heeft zo al 600 man aan een baan geholpen.

Sociale impact verhandelen
Goed, je zou kunnen zeggen: dat is symptoombestrijding. Je zet iets naast het systeem, om hiaten in het systeem zélf te omzeilen. Moet je niet het systeem zélf veranderen, inclusiever maken? Gemeente Rotterdam is echt de beroerdste niet. Die zag dat sociale ondernemingen mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt de arbeidsmarkt op weet te krijgen. Om dat aan te moedigen, nam de gemeente samen met adviesbureau Rebel Group het initiatief voor Stichting Rikx. Dit is een platform waarop sociale impact verhandeld kan worden. Een sociale onderneming meld zich aan en wordt via diverse criteria getoetst. Dat laatste gebeurt geautomatiseerd én door een panel aan lectoren, adviseurs en lokale impactondernemingen. Vervolgens wordt de impact die die sociale onderneming maakt, uitgedrukt in geld.

Kostenefficiënt
Projecten van sociale ondernemingen die door de strenge selectie zijn gekomen, worden op het platform gezet. Vervolgens kunnen bedrijven met een SROI- of MVO-verplichting na een aanbesteding ervoor kiezen om in plaats van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt direct in te huren, investeerder van zo’n project te worden. Het geld dat de sociale onderneming op die manier ophaalt, wordt op twee momenten uitgekeerd. Meteen aan het begin van het project worden alle kosten gedekt, het geld dat aan het einde van het project overblijft, wordt uitgekeerd als winst. 25% daar weer van moet besteed worden aan een nieuw project, de rest is vrij besteedbaar. Het leuke hiervan is dat de sociale onderneming wordt gestimuleerd zo kostenefficiënt mogelijk te werken, want dan houd je aan het einde van het project des te meer geld over.

Commerciëler denken
Misschien zit hier wel de crux, moeten impactmakers commerciëler gaan denken, zichzelf meer laten zien. Jantine Kriens is oud-wethouder van Rotterdam, oud-directeur van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en inmiddels lid van de Raad voor de Leefomgeving en Infrastructuur. Zij stelt dat we nog altijd geen alternatief hebben gevonden voor de verzuiling. De samenleving is sindsdien diverser geworden, maar er is geen plek meer waar je ongeveer dezelfde waarden deelt. Dat heeft geleid tot technocratisering, en daar loopt de samenleving nu in vast. Zelfs het kabinet is er niet meer voor het collectieve belang, want elke partij heeft z’n eigen stokpaardjes.

Snijvlak
Volgens Jantine moet in de driehoek overheid, bedrijven en gemeenschappen de gemeenschappen weer het initiatief nemen. Ze haalt Austerlitz aan, waar ouderen graag in het dorp wilden blijven wonen, maar niet meer in grote huizen. Door zich in die roep te verenigen, wisten ze de overheid en de Triodosbank zover te krijgen om appartementen te laten bouwen waar die ouderen naartoe kunnen verhuizen. Volgens mij zitten sociale ondernemingen precies op dit snijvlak van individuele problemen en maatschappelijke oplossingen. Door die problemen slim te vertalen naar een model waar de overheid alleen maar ‘ja’ op kan antwoorden, kan je de maatschappij menselijker maken en het overheidsbeleid een duurzame kant op sturen. Maar dan moet de overheid wel weten dat je er bent.

Thijs de Lange (1997) is zelfstandig dagvoorzitter, adviseur en journalist/tekstschrijver. In al zijn werk neemt hij zijn eigen ervaringsdeskundigheid mee.

Foto’s van Michael Payano